Sri Lanka, over thee, wildpark, strand etc.

30 november 2015 - Galle, Sri Lanka

We hebben onze toevlucht gezocht in een internetcafe aan de zuidkust van Sri Lanka, in Matara. Wifi gaat moeizaam en de I-Pad hapert. Het verhaal begint bij de thee uit Sri Lanka, de vroegere Ceylon thee. Halverwege de 19e eeuw werden de theestruiken door de Engelsen (en de Schot Lipton) geintroduceerd in Sri Lanka in het heuvel-/berggebied bij o.a. Kandy, Nuwara Eliya en Ella. De koffieplantages waren door een ziekte niet meer bruikbaar en de Britten zijn zeer gesteld op hun kopje thee. Om de bovenste blaadjes uit de theestruiken te plukken en deze te verwerken haalden ze Tamils uit zuid India en zie daar: een bloeiende thee-industrie. En heel rendabel als je je werkers niet al te veel salaris geeft. Een theeplukster verdient per dag zo'n 4,50 euro. De theestruiken groeien op steile hellingen en de beste thee komt van een hoogte van circa 1500 meter. Wel zetten ze het bakkie thee hier erg sterk; vandaar dat de Britten het wolkje melk er in hebben gebracht. De Tamils wonen bij de theeplantages in hele eenvoudige onderkomens. In theorie is er gelijkheid tussen de Tamils en Singalezen, maar in de praktijk ziet het er wat anders uit. In Nuwara Eliya bezochten we de theefabriek en de theeplantages. In Ella zagen we ook de plantages en verder bekommen we daar zowel de Little Adams Peak als de Ella Rock. Allebei mooie wandelingen bergopwaarts met mooie uitzichten. Wat opvalt zijn steeds weer de aardige en behulpzame mensen onderweg. Wel zijn de plaatsen populair bij toeristen. We zijn zeker niet de enigen.

Hierna verlieten we het regenachtige berggebied en gingen zuidwaarts richting kust. Bij het verlaten van de bergen deden we eerst Buduruwagala aan, een klein plaatsje maar met een rij van 7 prachtige beelden, gehouwen uit de rots. De hoogste is een Boeddhabeeld van 15 meter. Een zeer imposante rij beelden van circa 1000 jaar oud. Het geeft je een beeld van hoe in Afganistan de beelden er hebben uitgezien die een aantal jaren geleden vernietigd zijn door de Taliban.

In zuid Sri Lanka bezochten we vanuit Tissamaharama het Yala National Park. Gezeten in een stevige en hoge 4 wheel jeep sloten we in de vroege ochtend rond 6.30 uur aan bij de rij jeeps met toeristen aan de ingang van het park. We hadden gelukkig een toer voor de hele dag, met z'n tweetjes, en onze gids/chauffeur leidde ons vakkundig langs een beer, langs olifanten (echt enkele meters van ons), langs korkodillen en varanen, herten, wilde zwijnen en buffels en talloze prachtige vogels zoals pelikanen, neushoornvogels, ibissen, ijsvogels en bijeneters. Veel toers zijn 3 a 4 uur, maar doordat wij de hele dag hadden verdween tegen de middag de drukte van toeristen en was het park nog net niet alleen voor ons. Al met al was de trip een  hoogtepunt van onze Sri Lanka toer. Zeker vermeldenswaard zijn de olifanten, waarvan het gezin (pa, ma en kind) pal bij ons de takken met het groen van de bomen rukte om zich van eten te voorzien en de wat boze olifant die recht op onze wagen af kwam, maar gelukkig bijtijds in zag dat je met zulk gedrag uiteindelijk ook niets opschiet.

En nu genieten we van wat de zuidkust van Sri Lanka nog meer biedt: strand met kokosnootpalmen, bananenbomen en zee. Het reistempo is flink gedaald. Aan het strand van Tangalle bleven we 5 dagen, genietend van het vakantiegevoel met een verse vruchtensap en eten. De zee bij Tangalle kan wat ruw zijn, zo ondervonden we, waarbij de golven je soms woest op het strand kunnen werpen, zo merkte Ed.

Nu zijn we enkele dagen bij het strand van Polhena, in de buurt van Matara. Gisteren in zee pal bij het strand bij een stukje koraal gesnorkeld en van de gekleurde visjes onder water genoten; vandaag met een boot voor de walvisvaart a la Moby Dick de zee op geweest. Helaas maar enkele walvissen gezien, want de meeste hadden volgens ons geen zin om gezien te worden.

De laatste reisweek is al aardig op streek. Morgen nog naar Galle en woensdag wordt de treinreis naar Colombo ingezet. Net als in Matara (waar we een Hollands fort bezochten) zijn daar onderdelen van ons rijke koloniale verleden te zien. En dan vliegen we zaterdag weer terug naar het vast veel frissere Nederland.

Foto’s

6 Reacties

  1. Marjolijn:
    30 november 2015
    Wat een zee van tijd leek om te reizen,
    is ineens nog maar een paar dagen.
    Qua tips voor Gall: leer er van een aardig iemand sambal maken met Maledivische visjes en drink thee alsof je een koloniaal bent bij het superdeluxe hotel naast Gall Face,
    maar vooral: geniet er nog even van!
    Het weer is hier echt het weer, daar hoef je niet aan te twijfelen.
    Goede reis terug!
  2. Cor en Laura:
    1 december 2015
    Het is wel genieten he. En jullie verhalen zijn voor ons heel herkenbaar, dus we genieten mee. Nog een paar fijne dagen en een goede en veilige vlucht naar het koude Nederland.
    Wij zitten nu in het noordoosten van India: heel avontuurlijk. Vandaag is het Hornbill Festival in Kohima (Nagaland) begonnen. Geweldig om dit mee te maken.
  3. Wim:
    1 december 2015
    Wow, ik hoop dat jullie de tijd langzamer hebben beleefd, want jullie reis lijkt voorbij gevlogen. Geniet nog maar even. Tot ziens in het kikkerland.
  4. Bonny:
    2 december 2015
    Fantastisch wat hebben jullie veel gezien en doorgemaakt. Al vast een goede reis naar Nederland.
  5. Martin van der Woude:
    2 december 2015
    Mooi verhaal weer. Fijne laatste dagen nog.
    Groet, Martin
  6. Aart:
    4 december 2015
    En weer een prachtig reis verslag!!Altijd weer leuk om te lezen. Ongelofelijk wat een mooie tijd hebben jullie daar gehad. Voor morgen een goede en veilige reis terug, Hart.Gr. Aart